De oehoe van Sint Joris Weert

Tot voor kort was de oehoe in België een zeer zeldzame vogel. En dat is hij nog steeds. Het is een hele grote uil, de grootste uilensoort van Europa met een lengte van 60-75 cm.  Hij heeft een spanwijdte van 160 cm, een gewicht dat tot 4 kg kan oplopen. Hij heeft grote scherpe klauwen , en staat aan de top van de voedselpiramide: bosduiven, kraaien, eksters, ratten, konijnenjongen, bosuilen, …wat hij maar vindt.

Een van de laatste exemplaren werd doodgeschoten in 1949 in de provincie Luxemburg en sindsdien was de vogel verdwenen uit België. Begin de jaren ’80 dook de vogel weer op in Wallonië, wellicht een uitloper van een herintroductie-programma in Duitsland. En sindsdien is het aantal broedgevallen in België heel traag weer opgelopen tot een honderdtal in de afgelopen jaren, Vooral in Wallonië, in Limburg, en nogal wat rond Antwerpen. Maar vorig jaar ook een broedgeval in onze regio. En een haast wereldberoemd broedgeval op het balkon van Jos in Geel.

Dat filmpje zag u wellicht: https://nl.metrotime.be/2020/05/23/must-read/video-bijzonder-man-ontdekt-oehoe-familie-in-plantenbak/  Een van de twee ouders van de jonge oehoes was een oehoe die in gevangenschap opgroeide. Toen de jongen van het beroemde balkon leerden vliegen vielen ze vaak van het nest op de straat. Anders dan in de natuur konden ze daar in Geel niet als hun jonge soorten tegen een boom opklimmen, takkelingen noemt men dat stadium, maar ging Jos ze oprapen. Tot ook dat té vaak voorkwam, ze naar een vogelopvangcentrum werden gebracht, en niet zo lang geleden de vrijheid kregen.

Heel stressgevoelige vogel

Het broedgeval in Geel, midden in een stad, is bijzonder ongewoon. Oehoes staan er immers voor bekend om bijzonder schuw te zijn bij het broeden en met jongen. Ze kiezen bij voorkeur stille afgelegen bossen uit, of een richel op een rots, niet toegankelijke plaatsen, ver van de bewoonde wereld.  Een enkele langskomende wandelaar volstond al bij een eerder broedgeval voor de oehoe om het nest, het broeden, en helaas ook soms de levende jongen meteen op te geven en weg te trekken. Zo stressgevoelig zijn ze in het broedseizoen. Jongen ringen op het nest, dat kan niet, té riskant. Daarom, en ook om foute jagers niet op ideeën te brengen, en geen legertje vogelkijkers op gang te brengen,   worden oehoe-meldingen liefst vervaagd op websites van vogelvrienden en wetenschappers.

Rond februari zoekt het oehoe mannetje een vrouwtje. En dat doet ie door luid oehoe te roepen. Dat kan hij heel luid. Zo een oehoe doet al enkele weken zijn best om in Sint Joris Weert een liefje te zoeken. En net als zijn soortgenoot in Geel schuwt hij het dorp niet. Laat zijn kreet schallen over heel het dorp. Begint dikwijls al in de vooravond luid te roepen.  En gaat daarmee door tot zonsopgang. Laat zich bewonderen en fotograferen. Nu eens in een boom, dan weer op een dak.

Is intussen wereldberoemd bij de kinderen van de lagere school in Sint Joris Weert. De ene met foto’s, de andere met geluidsopnames, intussen ook al op film.  En nog een klasje kon overdag een wandeling maken waarbij alle kinderen door een veldkijker de rustende oehoe konden bekijken.  Whatsappjes met foto’s gaan heen en weer. Dat ziet u op de foto’s hierbij, een staalkaart van wat in onze telefoon passeerde. De oehoe liet zich bekijken in de Oud Nethense baan, in de Panoramalaan, in de Molenstraat, in de Polderstraat, langs de Leuvense Baan, deed een klein binnentuintje aan langs de Leuvense Baan, bezocht de daken van de Beekstraat, of zocht het tussen de Kauwereelstraat en de Stationsstraat.

We hopen dat onze oehoe snel een vrouwtje vindt. En hier ergens een plekje vindt om te broeden. En vele oehoe kindjes  krijgt.