Naast de opcentiemen op de personenbelasting haalt Oud Heverlee een niet onbelangrijk deel van haar inkomen uit een opcentiem op de onroerende voorheffing, een percentage van de belasting op de waarde  van je huis en gronden. Die levert de gemeente voor 2026 4,4 miljoen euro op (gemiddeld 385 euro per inwoner, wat lager is dan het Vlaams gemiddelde van 477 per inwoner).  Ter vergelijking: via de personenbelasting haalt de gemeente 7,8 miljoen euro op of 689 euro per inwoner (meer dan het Vlaams gemiddelde van 426 euro per inwoner).

Het kadastraal inkomen van je huis is in principe de geschatte huurwaarde van je woning in 1975,  en sinds enkele jaren geïndexeerd.  In theorie is dat een rechtvaardiger belasting dan de personenbelasting: de waarde van je huis  is de basis voor de belasting, een soort van belasting op je vermogen dat weerspiegeld wordt in de grootte en verhuurwaarde van je huis. En de waarde van dat huis is zichtbaar voor een controleur, anders dan heel wat inkomsten voor de personenbelasting die de fiscus niet ziet of niet wil zien:  inkomsten uit beleggingen, kosten gedragen door de firma, zwart geld, inkomsten uit aandelen, rente, verhuur van woningen, noem maar op.

Maar tussen theorie en praktijk is een groot verschil. De wet voorzag dat om de 10 jaar de waarde van alle huizen opnieuw moest worden geschat. Na renovatie en verbouwingen, of gewoon door de ligging zijn heel wat huizen in de praktijk in huurwaarde gestegen. Maar de opeenvolgende ministers van financiën hebben de wettelijk voorziene herschatting van de waarde van woonhuizen telkens niet uitgevoerd. Je wordt als minister nu eenmaal niet populair door maatregelen waarbij de belastingen op de huizen van je kiezers stijgen. En dus loopt het heel vaak fout met dat kadastraal inkomen. Niet zozeer bij nieuwbouw of aangegeven renovatiewerken: daar volgt na de werken normalerwijze telkens een nieuwe schatting. Maar heel wat Belgen “vergeten “ om een verbouwing of renovatie binnen in hun huis aan te geven. Zo blijft hun woning geregistreerd met een lage huurwaarde, terwijl het al sterk in waarde is gestegen. En blijft hun belasting héél laag.

Dat is algemeen bekend. Het Rekenhof wijst erop dat volgens metingen 73 % van de woningen een centrale verwarming heeft, en 96 % een badkamer. Volgens de gegevens van het kadaster heeft echter slechts 59 % van de woningen een centrale verwarming, en 77 % een badkamer.  Het toont aan hoe weinig accuraat de gegevens van de belastingsdienst zijn. En hoe ongelijk daardoor de belastingen op de onroerende  voorheffing zijn. Dat is ook in Oud Heverlee het geval. De statistieken tellen hier 87 woningen zonder aangifte van een badkamer, en 394 zonder centrale verwarming. Weinig waarschijnlijk.

“Bij steekproeven blijkt 30 tot 40 procent van de woningen een foutief kadastraal inkomen te hebben. ‘Bij gerichte controles op basis van zoekertjes op immosites, is 36 procent niet in orde. En bij gerichte controles die we uitvoeren nadat de gemeente bij ons melding heeft gemaakt van een bouwvergunning, blijkt zelfs 65 procent niet correct aangegeven’, zegt Francis Adyns, woordvoerder voor de FOD Financiën. In 2022 verstuurde de FOD Financiën mede daardoor bijna 260.500 nieuwe kadastrale inkomens. ‘Dat zijn zowel nieuwe KI’s voor nieuwbouw als herzieningen voor bestaande woningen.’”

Zoals andere gemeenten poogde Oud Heverlee wat te doen aan die foute basisgegevens. In 2019 sloot de gemeente een overeenkomst met IGO Leuven om de abnormaal lage kadastrale inkomens te controleren. Men begon hier met alle woningen met een aangegeven kadastraal inkomen van minder dan 500 euro. Een aangewezen schatter van IGO Leuven bekeek die gevallen, en bezorgde zijn vaststellingen aan de diensten van het kadaster. In tweede instantie werden de woningen met een aangegeven kadastraal inkomen van minder dan 750 euro bekeken. Dat werk is nog aan de gang.

Dat werk leidde inmiddels tot 85 herschattingen door de belastingsdiensten wat de gemeente per jaar meer dan 15 000 euro extra-inkomsten opleverde. En een meer rechtvaardige inning van de belastingen. Uit de evaluatie in april 2024 bleken er echter ook nog heel wat controles uit te voeren.

In de gemeenteraad van 26 maart vroeg Mattias Bouckaert (Samen) aan Patrice Lemaitre (Pro OH), de nieuwe schepen van financiën, of die overeenkomst met IGO Leuven zou worden verder gezet. En vroeg een stemming over een beslissing van de gemeenteraad om  het project “aanwijzend schatter kadastraal inkomen” in samenwerking met IGO te verlengen.

Patrice Lemaitre stelde een amendement voor: dat de gemeente in het kader van de nog op te maken meerjarenbegroting zou onderzoeken of het project al dan niet verlengd wordt. Een amendement dat de beslissing erg vaag maakte en waarmee je alle kanten uit kan: enkel “onderzoeken of het project verlengd wordt”.

Er werd gestemd over het amendement. Red Oud Heverlee steunde vanuit de oppositie de vage formulering voorgesteld namens de CD&V, N-VA en Pro OH meerderheid. Enkel Samen stemde tegen. Het vage voorstel van de meerderheid werd dus goedgekeurd. Dus nog geen beslissing of de controle op abnormaal lage kadastrale inkomens wordt verder gezet.