In Sint Joris Weert loopt al meer dan 42 jaar (!)  een betwisting over een illegaal afgesloten voetweg. Die voetweg liep van de Kaubergstraat in de hoek met de Krekelbergstraat recht naar de Leuvensebaan. Het begon met een aanpalende eigenaar die, naar het zeggen van een toenmalige eigenaar, in 1974  de voetweg eerst met een hekken afsloot, en er wat paplaurier plantte.  Volgens hem werd de voetweg voordien enkel nog gebruikt door buurtbewoners met een kruiwagen en door spelende kinderen,  en was er door voorbijgangers schade aangebracht aan een gebouwtje in zijn tuin.  Zo werd over de hele breedte van zijn perceel een officiële voetweg van 1,65 meter breed toegevoegd aan zijn tuin.

Er werd van alles ondernomen: tussenkomsten van de gemeente bij de notaris bij de verkoop aan de huidige eigenaar, een procedure bij de rechtbank, het opzettelijk laten stilleggen door de gemeente van de lopende procedure bij de rechtbank,  petities van omwonenden,  tussenkomst vanuit het toenmalige achterdoechelen dat sensibiliseerde rond afgesloten voetwegen, uiteindelijk het hernemen van de rechtszaak, een vonnis waarbij de gemeente in beroep gelijk kreeg en de voetweg moest heropend worden. Met een dwangsom van 50 euro per dag vertraging. Maar de gemeente, die kennelijk tegen haar zin gelijk haalde, liet het  vonnis moedwillig nooit betekenen aan de eigenaar, een aangetekende brief of deurwaarder zou volstaan hebben. De voetweg werd niet vrijgemaakt.

De gemeenteraad van 19 december 2023 keurde nu unaniem het voorstel goed van een openbaar onderzoek om de huidige eigenaar zijn zin te geven. Ze start een openbaar onderzoek om de voetweg te laten afschaffen en de grond nadien te verkopen aan de eigenaar. Illegaal afsluiten van een voetweg wordt hier na jaren beloond. In het archief van Achterdoechelen op deze website vind je verschillende artikels over de betwistingen rond deze voetweg. We overlopen met u hieronder dit ontluisterend verhaal van historische slordigheden, haperingen, bewuste vertragingen, gebrek aan initiatief en zorgzaamheid van opeenvolgende wisselende bestuurscoalities in het gemeentehuis rond het behoud van voetwegen.

Na 42 jaar procederen met horten en stoten vindt het huidig gemeentebestuur de oude voetweg niet meer geschikt voor voetgangers: op het moment van de illegale afsluiting werd hij zelfs volgens verklaringen van de dader in de rechtbank gebruikt door buurtbewoners met een kruiwagen en door spelende kinderen. Wat toen met een kruiwagen kon bereden worden, is nu volgens de gemeente te sterk hellend voor voetgangers en te moeilijk voor onderhoud.  Die buurtbewoners moeten maar omlopen via de Heidestraat. Dag voetweg. Dag trage weg.

But it ain’t over until it’s over, zong Lenny Kravitz al. Om een voetweg af te schaffen loopt er nu een openbaar onderzoek. Aangekondigd op een deskundig weggemoffeld bord in de Kaubergstraat.  Wie bezwaren heeft kan dat geldig en gratis laten weten tegen 25 januari met een mail naar ruimtelijke.ordening@oud-heverlee.be . Nadien beslist de gemeenteraad. Tenzij er iemand nadien in beroep gaat bij de diensten van de Vlaamse regering. Dan wordt daar beslist.

Hoe het begon: de illegale afsluiting van de voetweg 36 aan de hoek Leuvensestraat-Heidestraat

1974: de afsluiting

In het dossier van de gemeente dat we destijds gingen inkijken, steekt een brief van 1981 van de gemeente aan de toenmalige eigenaar O. met het verzoek de voetweg weer open te maken. Deze antwoordde op 2 november 1981 dat de voetweg werd afgesloten door de vorige eigenaar van het aanpalend stuk grond, de echtgenoten J. “Reeds 7 jaar geleden”. De bedding van de voetweg zou volgens de advocaat van de latere eigenaar B.-D. over een aanpalend stuk grond van de kerkfabriek van Ottenburg en het OCMW van Sint-Joris-Weert gelopen hebben.
 
1996: omwonenden vragen heropening voetweg

Vier eigenaars van gronden aan de Panoramalaan vragen in 1996 bij de gemeente het heropenen van voetweg 36. Er komt een anonieme melding binnen bij de gemeente dat er nog wat anders aan de hand is: het perceel van eigenaar  B.-D. is onregelmatig afgebakend. Niet enkel is het geheel van voetweg 36 over zijn gehele lengte achteraan bij de tuin gevoegd van B.-D. maar ook nog in stilte een stuk van de toenmalige OCMW-grond aan de overkant van voetweg 36. Ongelukkig genoeg heeft het OCMW inmiddels dat aanpalend stuk bouwgrond verkocht. Interleuven die de opmetingen deed voor deze verkoop en het verkavelingdossier heeft niets gemerkt van die onregelmatigheden. Er wordt na de klacht door de gemeente door Interleuven inderdaad vastgesteld  dat het OCMW daar nog een “vergeten” stuk grond heeft liggen van 69 ca dat door die meetfouten nooit is mee verkocht. 

November 1996: aanmaning aan nieuwe eigenaar B-D

In november 1996 richt het gemeentebestuur een eerste keer een brief aan toenmalig eigenaar B.-D. De gemeente vraagt om voetweg 36 vrij te maken en stelt voor om het vergeten restperceel grond van het OCMW aan de overkant van de voetweg te verkopen.  B.-D. vraagt schriftelijk om inzage in de verkavelingsvergunning, er komt een brief van de advocaat van B.-D. over het geschil over het restperceel grond van het OCMW, niet over de voetweg. 

Maart 1997: een studiebureau

De gemeente stelt daarop in maart 1997 een studiebureau aan. Die meet alles uitgebreid op, vindt de perceelsgrens-paal terug op een diepte van 70 cm, maakt een heel duidelijk verslag over de situatie en de precieze perceelsgrenzen. 
 

Juni 1997: nieuwe aanmaning


Op 10 juni 1997 stuurt de gemeente een nieuwe brief aan B.-D., en vraagt om hun afsluitingen en beplantingen te verwijderen uit het ene stuk van het “vergeten” perceeltje  dat aan de buren is verkocht. De gemeente vraagt nogmaals om voetweg 36 vrij te maken. Ze bieden ook het resterende stuk van het “vergeten” OCMW- perceel te koop aan. Er volgt nog wat briefwisseling over en weer met de advocaat van B.-D. die meent dat de gemeente stilzwijgend heeft verzaakt aan de voetweg. 


Op 22 oktober 1997 stuurt de gemeente weer een brief aan de advocaat van B.-D. en stelt dat ze aan de gemeenteraad zullen voorstellen om een raadsman aan te stellen indien voor 28 oktober geen aanvang werd gemaakt met het vrijmaken van de voetweg. In november 1997 schrijft de advocaat van B.-D. dat hij bij zijn standpunt blijft en dat de “zogenaamde voetweg zonder enige twijfel is verjaard.”. 

1997: de gemeente begint een rechtszaak 

De gemeente vraagt OMOB om via haar rechtsverzekering een advocaat aan te stellen. En vraagt OMOB om als dat kan advocaat Jan Goedhuys hiervoor aan te stellen.  Jan Goedhuys is de zoon van voormalig gemeenteraadslid Fernand Goedhuys, destijds voor CVP, nadien voor Fusiebelangen. Jan Goedhuys werd later OCMW voorzitter voor Fusiebelangen. OMOB stelt inderdaad Jan Goedhuys aan als advocaat op 1 december 1997. Those were the days.

Hoe het begon: de illegale afsluiting aan de hoek Kaubergstraat-Krekelbergstraat

De gemeente vraagt in maart 1998 over deze zaak bijkomend het advies van de provincie. Inmiddels stelt de advocaat van de gemeente, Jan Goedhuys, voor om de tegenpartij nog aan te manen en een plaatsbezoek te organiseren. De provincie laat inmiddels weten dat volgens haar de gemeente het recht heeft om de openstelling van de voetweg te vorderen.

1998: een plaatsbezoek

In mei 1998 laat de advocaat van B.-D. weten dat hij de metingen betwist, en wel tijd wil maken voor een plaatsbezoek. In maart 1999 meldt de advocaat van de gemeente dat het plaatsbezoek geen effect heeft gehad en dat hij machtiging wil krijgen om een rechtsgeding in te stellen. Dat moet langs de gemeenteraad. Dat gebeurt ook op 27 april 1999. Op 11 mei 1999 doet ook het OCMW dat. 

1999: wachten op Interleuven


Vervolgens is het schepencollege van oordeel dat ook Interleuven moet tussen komen in de kosten omdat hun foutieve meting mee aan de basis ligt van het geschil. Een reeks brieven en aanmaningen blijven onbeantwoord door Interleuven tot op 5 december 2000. Interleuven verklaart dan bereid te zijn tot tussenkomst in de kosten en vraagt een voorstel.

2001: vraag tot starten procedure

Op 13 februari 2001 geeft het gemeentebestuur aan mevrouw Smets van hetzelfde advocatenkantoor  (advocaat Jan Goedhuys werd inmiddels voorzitter van het OCMW ) de opdracht om de procedure te starten tot het openstellen van de voetweg.

Toen de afgesloten voetweg aan de Kaubergstraat voor speurders nog een beetje zichtbaar was

Juni 2001: advokaat gemeente vraagt of het moet

 Op 26 juni 2001 stuurt advocaat Goedhuys een brief aan het schepencollege waarin hij vraagt (drie en een half jaar na zijn aanstelling) of het wel opportuun is om de vordering tot het openen van de voetweg in te stellen. En vraagt na of de gemeente wel degelijk dergelijke procedure wil starten.

Augustus 2001: doen !

Het schepencollege van 3 augustus 2001 beslist om zo spoedig mogelijk de procedure te starten.
 
2002: de rechtszaak wordt stilgelegd.

In november 2001 wordt een ontwerp van dagvaarding overgemaakt door de advocaat van de gemeente, de conclusies van de tegenpartij worden uitgewisseld, de advocaat van de tegenpartij vraagt op de zitting van 25 juni 2002 nogmaals uitstel om een antwoord conclusie op te stellen en de nieuwe datum wordt door de vrederechter vastgesteld op 5 november 2002. Korte tijd voordien komt er een telefoontje van de advocaat van B.-D. aan de gemeentesecretaris om een “regeling” te treffen.

Kennelijk wordt op die basis beslist de procedure stil te leggen. Er volgen nog wat (rappel) brieven waarin de advocaat van de gemeente vraagt of de gemeente afstand van geding wenst of afstand van vordering.  Het schepencollege van 14 februari 2003 beslist dat het dossier “naar de rol mag worden verzonden”, maar dat ze de overtreders de mogelijkheid bieden een dossier in te dienen om de voetweg in zijn geheel af te schaffen. Indien er tijdens het openbaar onderzoek geen gegronde klachten worden ingediend, is de gemeente bereid de aanvraag ter goedkeuring aan de gemeenteraad voor te leggen mits de bekomen meerwaarde wordt betaald. 

2003: “wachten tot burgemeester sein geeft”

Een notitie van 8/10/2003 meldt dat het dossier “voorlopig moet bijgehouden worden”. “Burgemeester laat weten zodra er stappen dienen ondernomen te worden -burgemeester contacteert onze raadsman”. 
Tot januari 2004 komen er rappelbrieven van de advocaat die wenst te weten of er nu afstand van geding of afstand van vordering wordt gedaan. Bij afstand van geding kan het geding nog worden hernomen, bij afstand van vordering niet.

2005: de rechtszaak wordt hernomen. 
 
Na de tussenkomsten van Achterdoechelen (meer dan honderd inwoners tekenden tijdens de Weertse Feesten een petitie om deze voetweg te heropenen), krijgt B.-D. op 22 juni 2005 een aangetekende brief van de gemeente (met expliciete verwijzing naar de klachten van Achterdoechelen) om tegen 31 juli een dossier in te dienen om de voetweg in zijn geheel af te schaffen en de meerwaarde te betalen. Zoniet zal de gemeente de gerechtelijke procedure verder zetten en bespoedigen. De gemeente informeert begin juli ook haar advocaat van deze stap.

Op 30 juni 2005 laat B.-D. weten opdracht gegeven te hebben aan een planoloog landmeter om een dossier in te dienen om de voetweg af te schaffen. Ze zijn eveneens akkoord om de meerwaarde te betalen. Begin augustus 2005 beslist het schepencollege om een eventueel dossier van B.-D. niet langer af te wachten, en intussen het gerecht zijn gang te laten gaan. De advocaat van de gemeente krijgt in augustus 2005 opdracht om de zaak weer te activeren.

2006: nieuwe plaatsopneming

De advocaat van B-D wacht tot de dag voor de zitting om conclusies neer te leggen bij de rechtbank. En vraagt om een plaatsopneming. De vrederechter beslist dat er ter plaatse moet worden gekeken . In maart 2006 neemt een plaatsvervangend vrederechter in aanwezigheid van alle partijen ter plaatse de situatie op. Wonder boven wonder: ze stellen op een half A4’tje samen vast dat er ter plaatse van de voetweg geen aanzet meer zichtbaar is. We zijn dan 32 jaar nà de kennelijke datum van afsluiting.  

Jaren later is de laurier hoog opgeschoten en de voetweg geheel verdwenen

Maart 2006: advocaat B-D vraagt gemeente de zaak te laten vallen

De advocaat van B-D vraagt de gemeente de zaak te laten vallen. En zoekt procedurefouten bij de gemeente: volgens hem is de aanstelling van de advocaat door de gemeente niet meer rechtsgeldig omdat de gemeenteraadsbeslissing al van veel te lang geleden dateert.

Maart 2007: de gemeente vraagt een nieuwe rechtszitting

De advocaat van de gemeente bezorgt aan de gemeente de stukken voor een nieuwe rechtszitting op 6 maart 2007. Hij meldt in een brief van 1 maart 2007 dat hij de gemeente verder op de hoogte zal houden. Er komt echter nadien geen enkel bericht meer van de advocaat.

Februari 2008: Hallo hallo : schepencollege vraagt uitleg over stilte eigen advocaat

Eind februari 2008 stuurt het schepencollege een brief aan haar eigen advocaat om uitleg bij het dossier .

28 januari 2013: vrederechter wijst de vraag af.

De gemeente vroeg de vrederechter om het echtpaar B-D te veroordelen om de voetweg vrij te maken, en een dwangsom van 1250 euro per dag vertraging. Het echtpaar B-D vroeg van zijn kant een voorafgaande vergoeding van 40 000 euro, een vergoeding van 25000 euro voor waardevermindering en een rechtsplegingsvergoeding van 6600 euro.  En vraagt om nog eens een deskundige aan te stellen. De rechter wijst de eisen van beide partijen af, en veroordeelt de gemeente tot de gerechtskosten en een rechtsplegingsvergoeding aan het echtpaar B-D van  6600 euro

Maart 2013: De gemeente gaat in beroep

De zaak gaat in beroep. De advocaat van B-D vindt dat de rechter eerst een uitspraak van het grondwettelijk hof moet vragen over een welbepaalde interpretatie. Zo kan de zaak opnieuw op de lange baan worden geschoven. De rechtbank gaat daar niet op in.

28 mei 2014:gemeente krijgt finaal gelijk

 De rechtbank van eerste aanleg geeft in beroep de gemeente over de gehele lijn gelijk: het echtpaar B-D wordt veroordeeld tot het vrijmaken van de voetweg over de gehele lengte van de Kaubergstraat tot de Leuvensestraat. Het echtpaar B-D moet bovendien haast maken: ze moeten per dag vertraging 50 euro betalen vanaf de dertigste dag na de betekening van het vonnis.  Alle eisen tot schadevergoeding door de gemeente aan het echtpaar B-D worden afgewezen, B-D  moet de gerechtskosten betalen en aan de gemeente Oud Heverlee 2840 euro rechtsplegingsvergoeding betalen. Het vonnis kan u hier nalezen: https://drive.google.com/file/d/11nMS4h9vRV3mx9BvVvPJp7hovMkdo3ie/view?usp=sharing

Juni 2014: gemeente wil geen gelijk krijgen

Na het vonnis gebeurt er merkwaardig genoeg niets. Om het vonnis uitwerking te doen krijgen moet de gemeente simpel het vonnis laten betekenen aan het echtpaar B-D: hen met een aangetekende brief of deurwaarder formeel in kennis stellen van het vonnis zodat de dwingende termijn voor het vrijmaken van de buurtweg begint te lopen en de dwangsommen in werking treden.

De gemeente doet dat niet.

December 2017: waarom doet de gemeente niets ?

We vroegen op 30 december 2017  aan ALLE schepenen en de burgemeester  per mail om uitleg over dat merkwaardig stilzitten.

15 April 2018: een antwoord

Op 15 april kwam er een antwoord van schepen Mattias Bouckaert: “Het bestuur wil in eerste instantie het uitgesproken vonnis gebruiken als hefboom om de tegenpartij tot betaling van een aanzienlijke som te dwingen, en de gerechtskosten maximaal te verhalen. De middelen die de gemeente hieruit zal ontvangen, zullen ingezet worden op initiatieven die veilige voetgangersverbindingen versterken. We  zijn momenteel in bespreking met de tegenpartij om hierin tot een vergelijk te komen. We vinden het belangrijk een duidelijk signaal te geven dat het inpalmen van een voetweg niet zonder gevolgen blijft. 

We zien echter ook belangrijke  tegenargumenten, om niet over te gaan tot effectieve openstelling:

  • Er bestaan momenteel alternatieven, zowel via de Heidestraat als via een officieuze verbinding naar de Panoramalaan, die vooral door schoolgaande kinderen gebruikt wordt. 
  • De aanzienlijke helling is een ernstige hypotheek op de bruikbaarheid van het tracé, en zal het onderhoud ernstig bemoeilijken. 

Vandaar dat binnen het college er besloten is om in te zetten op een andere compensatie, die middelen kan genereren die de gemeenschap ten goede zullen komen. Dit standpunt werd eerder ook al aan de milieuadviesraad bezorgd.  “

April 2018- december 2023

5 jaar niets.

19 december 2023 .

De gemeenteraad keurt het voorstel goed om een openbaar onderzoek te starten om de voetweg later af te schaffen .

Mattias Bouckaert licht het in minder dan een minuut toe: er is een advies van de milieuraad uit 2016,  het tracé van de voetweg is nu een groen lint, om de voetweg te herstellen zouden er planten moeten gerooid worden, er is voor voetgangers een alternatief via de Heidestraat,  de meerwaarde van de ingepalmde grond zal worden bepaald en door de eigenaar vergoed. Waarop de gemeenteraad unaniem instemt met het voorstel om het openbaar onderzoek te beginnen om de voetweg af te schaffen.

Sinds 2019 kan de gemeente na een openbaar onderzoek zelf beslissen over de afschaffing van een voetweg. Voordien was dat de bevoegdheid van de provincie die klassiek zeer weigerachtig was om afschaffingen toe te staan. Het dossier keert dus na afloop van het huidig openbaar onderzoek terug naar de gemeenteraad voor een definitieve beslissing.  Tegen die beslissing is dan weer beroep mogelijk bij de Vlaamse regering.

Het intrigeert ons zeer hoe het echtpaar B-D er al die jaren in lukte om de voetweg bij hun tuin te houden. Zelfs na een vonnis in beroep met dwangsommen, en met wisselende politieke meerderheden in het gemeentehuis. Aan terreinkennis heeft het nooit ontbroken in het schepencollege: op een steenworp van de voetweg  wonen twee gewezen schepenen, een oud-burgemeester, een paar honderd meter verderop nog een gewezen schepen en een lokaal partijvoorzitter. Mevrouw D is dan weliswaar de dochter van een Vlaams partijvoorzitter en de zus van een parlementslid, maar dan wel van een heel foute partij zonder vertegenwoordiging in het gemeentebestuur. Hun advocaat was wel heel bedreven in procedure kwesties en vertragingsmaneuvers: vakwerk. Het gemeentebestuur deed afwisselend aan stop and go beleid. En wil nu blijkbaar definitief stoppen. Telt iemand de kosten op die de gemeente maakte aan uitgaven voor advokaten, studiebureau’s, plaatsbezoeken ?

Het openbaar onderzoek wordt momenteel aangekondigd met een deskundig weggemoffeld bord aan de Kaubergstraat: ziet u het bord ?